de Zwangerschapsperiode

Naast alle veranderingen in en om huis (huisindeling, werk, oppas, opvang, etc.) verandert er ook van alles in je lichaam doordat je lichaam hormonen gaat aanmaken, de zogeheten zwangerschapshormonen: (meer)

bron: www.medicinfo.nl

HCG HCG (humaan choriongonadotrofine) wordt aangemaakt in de placenta en wordt ook ‘het zwangerschapshormoon’ genoemd. Het is al enkele dagen na de bevruchting in je lichaam aanwezig. Het stimuleert de productie van progesteron. Bij de zwangerschapstest is hCG het hormoon dat aantoont dat je zwanger bent. Het veroorzaakt de eerste zwangerschapsverschijnselen, zoals misselijkheid en moeheid . Het hCG-gehalte is maximaal bij ongeveer tien weken zwangerschap en neemt dan af, maar blijft aanwezig tot twee dagen na je bevalling. hCG lijkt sterk op het geslachtshormoon LH (luteïniserend hormoon). Zodra HCG wordt geproduceerd neemt de productie van LH af.

Oestrogeen Oestrogeen wordt geproduceerd door de placenta. Het stimuleert de groei van je baarmoeder, de ontwikkeling van de bloedvaten en de groei van de melkklieren in je borsten.

Progesteron In het begin van je zwangerschap wordt progesteron aangemaakt door het gele lichaam (corpus luteum) in je eierstok. Na een aantal weken wordt dit overgenomen door de placenta. Deze overname wordt de luteal-placental shift genoemd. Progesteron dat de placenta produceert wordt doorgegeven aan je baby, die er weer een ander hormoon van maakt. Verder voorkomt progesteron dat je baarmoeder sterk samentrekt. Aan het einde van de zwangerschap neemt de productie van progesteron af, zodat je baarmoeder wel kan gaan samentrekken.

HPL HPL (humaan placentair lactogeen hormoon) wordt geproduceerd door de placenta en is vanaf vier weken zwangerschap aanwezig. Het voorkomt dat je lichaam de zwangerschap uitstoot. Verder speelt het een rol bij de suikerstofwisseling en remt het een ander hormoon, prolactine, dat de borstvoeding stimuleert. Zolang HPL aanwezig is, wordt er dus geen of weinig borstvoeding aangemaakt.

Prolactine Prolactine wordt geproduceerd door de hypofyse. Het hormoon speelt een rol bij de ontwikkeling van de melkkliertjes in je borsten. Het heeft ook invloed op de samenstelling, het volume en de afgifte van de moedermelk.

Oxytocine Oxytocine wordt geproduceerd door de hypothalamus. Tijdens je zwangerschap worden de afgifte en de werking ervan beperkt door de hoge progesteronspiegels. Rondom je bevalling neemt de hoeveelheid progesteron af en neemt de invloed van oxytocine toe. Oxytocine speelt een rol bij de samentrekkingen (weeën) van je baarmoeder rondom de bevalling en bij de samentrekking van de kleine spiertjes rondom de melkkanaaltjes in je borsten, waardoor de melk naar buiten wordt geperst. Na de bevalling wordt de afgifte van oxytocine sterk gestimuleerd wanneer je baby uit je borst drinkt.

Overige hormonen De hypothalamus produceert ook het gonadotrofine-releasing hormoon (GnRH) en de corticotrofine-releasingfactor (CRF). De hypofyse produceert menselijk groeihormoon (HGH) en adrenocorticotrofine (ACTH). Daarnaast maakt je lichaam ook andere stoffen aan, zogeheten peptiden, die bijdragen aan het welbevinden van jou en je baby.

bron: www.medicinfo.nl

~je zintuiglijke waarneming wordt anders (je neus is ineens veel gevoeliger voor geurtjes of je smaak voor voedsel verandert)
~je lichaam wordt zwaarder door natuurlijk het kindje wat groeit maar ook het vruchtwater, de placenta, de baarmoeder, zwaardere borsten, extra bloed, extra vet en vocht dragen bij aan de gewichtstoename.

Dit alles kan gepaard gaan met klachten (en die verschillen natuurlijk per persoon).
Veel voorkomende zwangerschapsklachten:

~Moeheid: komt vooral in de eerste drie maanden van de zwangerschap voor, meestal komt na ongeveer 12 wkn de oude energie weer terug.

~Misselijkheid: meestal is misselijkheid het eerste zwangerschapssignaal. Vooral ‘s morgens bij het wakker worden, komt dat veel voor. Meestal is de misselijkheid na 12 of 16 wkn verdwenen.

~Rugpijn / Bekkenpijn: Onder invloed van de zwangerschapshormonen verweken de bindweefsels die normaal gesproken het bekken stevig bij elkaar houden. Hierdoor kan de zwangere last krijgen van rugpijn en bekkenpijn. Draag zo weinig mogelijk hakken. Leg een kussen tussen je benen als je op je zij ligt. Niet tillen en zo min mogelijk traplopen. Je kun ook naar een speciaal opgeleide fysiotherapeut voor aanhoudende bekkenklachten.

~Druk op de blaas: Doordat de buik zwaarder wordt, komt ook de blaas in het gedrang. Er lijkt minder urine in de blaas te passen, vooral aan het einde van de zwangerschap, waardoor het gevoel optreedt dat je vaker moet plassen.

~Striae (zwangerschapsstriemen): Bij veel vrouwen groeien, in relatief korte tijd, de buik en borsten en nemen de heupen, bovenbenen en billen ook veel rondere posities aan. Door het rekken van de huid komen er scheurtjes in het onderhuidse bindweefsel. Dit uit zich als zwangerschapsstriemen oftewel striae. Er bestaan speciale zwangerschapscrémes waarmee je je lichaam kan insmeren ter voorkoming of vermindering hiervan.

~Onrustige benen: Onder invloed van de zwangerschapshormonen worden de wanden van de bloedvaten slapper. Bovendien bevindt er zich meer bloedvolume in het lichaam. De vaatwanden krijgen dus meer druk te verduren, vooral in de benen. Probeer zo veel mogelijk in beweging te blijven. Zit zo weinig mogelijk met je benen over elkaar, en sta niet te lang achter elkaar.

~Bandenpijn: Door de groei van de baarmoeder komt er spanning op de banden die aan de baarmoeder vastzitten. Dat kan een wat stekend of drukkend gevoel in de liesstreek geven. Het kan helpen om een bekkenband te dragen.

~Maagzuur: Druk van de baarmoeder tegen de maag kan maagzuur bevorderen. Vermijd in dat geval zoveel mogelijk sterk gekruid of vet eten, koffie, thee. Ook rechtopzitten en zelfs slapen, kan helpen. Zo ontstaat er meer ruimte in de buikholte.

~Pigmentvlekken: Onder invloed van zwangerschapshormonen kunnen er pigmentvlekken ontstaan. Vaak gebeurt dat in het gezicht, dat wordt een zwangerschapsmasker genoemd. Zit liever niet in de zon, want hierdoor worden de vlekken alleen maar donkerder.

~Spataderen: Dat zijn verwijde aderen. In de zwangerschap is hier een verhoogde kans op. Onrustige benen kunnen hier een voorteken van zijn. Raadpleeg je huisarts/verloskundige. Eventueel kunnen speciaal op maat gemaakte steunkousen helpen.

~Opgezette enkels/vocht vasthouden: Een beetje vocht vasthouden (oedeem) is normaal tijdens de zwangerschap. Ook de vingers, handen en benen kunnen oedeemvorming krijgen. Zit en lig zoveel mogelijk met de benen omhoog.

~Psychische veranderingen: Er verandert veel in het lichaam tijdens de zwangerschap. Dit betekent dat je als zwangere vrouw ook veel psychische veranderingen kunt ondergaan, die onder invloed van zwangerschapshormonen versterkt kunnen worden.
Bijvoorbeeld: Intense beleving van de zwangerschap (geluk, angst).
Veranderde seksualiteitsbeleving.
Veranderde belangstelling voor de omgeving, in jezelf gekeerd zijn, of juist niet.
Angst voor de bevalling en/of de tijd erna.
Veranderingen in de relationele sfeer t.a.v. b.v. het ouderschap.

~Harde buiken: Soms trekt de baarmoeder zich even kort samen en ontspant zich dan weer. Deze “harde buiken” worden ook wel oefenweeën genoemd. Vooral vanaf de 5e maand gaan ze opvallen. Harde buiken kunnen geen kwaad mits ze niet voortdurend plaatsvinden. Als de harde buiken te pijnlijk zijn en je nog niet mag gaan bevallen is het raadzaam om de verloskundige te bellen.

Comments are closed.